De uitbreiding van de industrie in Helmond gedurende het laatste kwart van de 19e eeuw, deed het aantal arbeiderswoningen daar zeer toenemen. Die uitbreiding had in Helmond plaats voornamelijk in het Hemelrijk en de Haag, doch ook buiten de gemeentegrenzen werd de uitbreiding gevoeld, door de stichting van talrijke woningen langs de Mierlose weg, onder de gemeente Mierlo. Daar ontstond zo het dorpsdeel Mierlo-Hout. Deze mensen gingen voor het merendeel ter kerke in Helmond, waar toen de St. Lambertuskerk de enige kerk was. Maar voor parochiële zaken, zoals doop, begrafenis, huwelijk en “Pasen houden”, was men op de parochiekerk H. Lucia van Mierlo aangewezen. Geen wonder is het dan ook, dat er in de tachtiger jaren getracht werd voor de bewoners van Het Hout een eigen kerk te krijgen. Aan die wens werd in oktober 1883 gevolg gegeven. De Helmondse Courant, "Het Nieuws van de Week" deelde in haar nummer van zaterdag 20 oktober mede, dat zij uit goede bron vernomen had, dat op Het Hout een nieuwe parochie zou gesticht worden en dat de weleerwaarde heer Elsen, kapelaan te Helmond door Mgr. Godschalk met de leiding ervan belast werd. Aan dit bericht waren natuurlijk heel wat besprekingen en onderhandelingen voorafgegaan en ook was reeds menig offer gebracht, voordat door de kerkelijke Overheid tot dit besluit kon worden overgegaan. In het eerstvolgend nummer van genoemde courant wordt op dit heuglijk nieuws teruggekomen. De ingezetenen, zegt het blad, bewijzen niet door woorden, maar tonen door daden, dat ze met aandrang een eigen kerk wensen te bezitten. Voor grote sommen tekenden ze in voor de nieuwe kerk. Ja, enkelen deden zelfs meer dan hun fondsen toelieten. Doch de Houtse ingezetenen waren niet bij machte de grote kosten van de bouw van een nieuwe kerk geheel zelf te bestrijden. Zonder hulp en medewerking van liefdadige geloofsgenoten uit de buurt en elders zouden zij nooit zover kunnen komen.
De nieuwbenoemde bouwpastoor, kapelaan Elsen, die meer dan 12 jaren in Helmond werkzaam was, had door zijn opofferingen en moeite voor aller welzijn en niet het minst om zijn beminnelijk karakter de hoogachting en liefde van vele stadgenoten gewonnen. En het was hieraan voor een groot deel te danken, dat velen uit erkentelijkheid daarvoor de nieuwe herder op ruime wijze in zijn streven tot oprichting van 'n nieuwe parochie steunden. In de gemeenteraadsvergadering van Mierlo, gehouden in januari 1884, werd het besluit genomen om ƒ 8000 subsidie te verlenen voor de op te richten parochie, en nu werd met bekwame spoed aan de voorbereidende werkzaamheden begonnen. Als terrein voor de te stichten kerk en pastorie werd aangewezen het perceel grond door wijlen M. van Hoof-van Dijk voor dit doel reeds geschonken, gelegen in de onmiddellijke nabijheid (zuidwaarts) van de openbare school. Op donderdag 6 maart om 2 uur namiddag, werd in de herberg van H. van Engeland te Mierlo op het Hout aanbesteed het metselwerk van een te bouwen hulpkerk met pastorie. Bestek en tekeningen waren verkrijgbaar bij J. W. van der Putten, bouwkundige te Helmond. Aan de aannemers Oliviers uit Gemert en W. van Genechten uit Helmond, de eerste voor het hout, de tweede voor het metselen, werd het werk gegund. De benodigde materialen waren toen reeds voor het grootste deel door de ingezetenen ter plaatse aangevoerd. Met zoveel voortvarendheid werd gewerkt, dat reeds een maand later het zink- en loodgieterswerk en in juli 1884 het glas- en verfwerk kon worden aanbesteed. Op 3 september benoemde Z. D. H. Mgr. Godschalk de weleerwaarde heer Nicolaas F. Elsen tot pastoor van de nieuw opgerichte parochie en wees als zijn opvolger in Helmond aan de weleerwaarde heer F. P. Ghijsens, professor aan het seminarie te St. Michielsgestel. Op 5 september deed de nieuwe herder zijn intrede in de jonge parochie. Op ondubbelzinnige wijze toonden de ingezetenen hun vreugde en ingenomenheid.
Reeds in de vroege morgen wapperden van alle huizen de vlaggen en waren er erebogen en verdere versieringen aangebracht. Tegen half 10 zou de geliefde herder van Helmond uit op de grenzen van de parochie arriveren. Een sierlijke optocht, met bruidjes en kleine zouaafjes, wachtte de Zeereerwaarde daar op. Vergezeld van de pastoor van Helmond en Kapelaan Borsten steeg de nieuwe pastoor daar uit het rijtuig en werd verwelkomd door het dochtertje van P. van Vlerken met een aardige toespraak. Daarna las het jongetje van J. van den Boomen een mooi feestdicht voor, waarop pastoor Elsen zijn dank uitsprak en zijn vreugde te kennen gaf in een parochie te komen, waar zoveel geestdrift en liefde voor zijn persoon aan de dag werd gelegd. Onder het zingen van een toepasselijk lied door de koorzangers trok de stoet vervolgens naar de kerk en pastorie, waar de Zeereerwaarde door het zoontje van Th. Rooijakkers werd gefeliciteerd als pastoor van Het Hout. Nadat hierop de kleine Jos Bollen een fraaie toepasselijke voordracht had gehouden, nam de nieuwe Herder het woord en schetste de loop van de gebeurtenissen, die aan de oprichting van de parochie voorafgingen. Tot slot zong het koor nog een feestlied, waarna vele heren geestelijken de pastoor in de nieuwe pastorie gingen feliciteren. Was er bij gelegenheid van het inhalen van de pastoor een massa volk op de been, nog grotere drukte heerste er op de dagen, dat de nieuwe hulpkerk in gebruik genomen werd. Van alle plaatsen uit de buurt was het volk samengestroomd om de nieuwen pastoor te horen en de nieuwe kerk te bezichtigen. De zangers lieten zich die dag van hun beste zijde kennen. In minder dan een jaar tijd brachten zij het zo ver, dat ze — door een 4-tal geoefende zangers gesteund — onder leiding van hun directeur Willem Verbruggen de gezangen van de Mis op voortreffelijke wijze ten gehore brachten. Aan de verfraaiing en verdere meubilering van het kerkje werd — door milde gevers geholpen — met spoed gewerkt.
Een jaar na de inwijding werden de beide zijaltaren en het hoofdaltaar door een bekwaam architect uit Antwerpen, die ook in de kerk van Stiphout gewerkt had, rijk beschilderd. De muren achter de zijaltaren en in het priesterkoor werden gepolychromeerd. Bij gelegenheid van de kerkconsecratie te Stiphout op 26 en 27 juli 1885 bracht ZD.H. Mgr. Godschalk ook een bezoek aan Het Hout.
Ongeveer tien jaar heeft het hulpkerkje dienst gedaan. Toch was het van stonde af aan de bedoeling van pastoor Elsen geweest een passend kerkgebouw te stichten. Op 9 mei 1895 had de publieke aanbesteding plaats van de nieuwe parochiekerk, volgens bestek en tekening van de heer C. Fransen, bouwkundige te Roermond. Het laagst werd ingeschreven door G. Mestrum te Venlo voor ongeveer ƒ 30.000, een en ander met bijlevering van alle materialen, uitgezonderd de aankoop en het vervoer van stenen en zand. Het werk werd gegund aan de laagste inschrijver. In augustus van hetzelfde jaar zou met de fundering begonnen worden en op 1 mei 1897 behoorde de kerk klaar te zijn. In de korte termijn, hem gesteld, kwam de aannemer met het werk gereed en zo kon op 16 mei 1897 de eerste H. Mis in het nieuwe kerkgebouw worden opgedragen. Op die dag werd de kerk door de zeereerwaarde heer pastoor N. F. Elsen ingezegend. Reeds in de vroege morgen waren de gelovigen samengestroomd om deze plechtigheid bij te wonen. Na de inzegening beklom de Zeereerwaarde de kansel om openlijk een woord van dank te brengen aan de parochianen, die hij steeds tot hulp bereid had gevonden; aan de vele weldoeners, die het bouwen van deze tempel hadden mogelijk gemaakt, aan architect, aannemer en werkvolk, die gedurende hun verblijf op Het Hout iedereen door hun gedrag en hun ijver hadden gesticht en eindelijk natuurlijk aan de hoogste en enigste God, Wiens zegen zo zichtbaar op dit werk had gerust. Na de predicatie werd de eerste H. Mis opgedragen. Te half tien plechtige overbrenging van het Hoogwaardig Sacrament uit de noodkerk naar de nieuwe en vervolgens Hoogmis met Te Deum.
Alle parochianen vierden het feest met hart en ziel mede. Geen huisje zo klein, of er werd gevlagd. Vrienden en familie waren genodigd om deel te komen nemen aan de algemene feestvreugde. Op 5 juli d.a.v. zou de nieuwe kerk door Z.D.H. Mgr. W. van de Ven worden geconsacreerd. Over deze plechtigheid en de verdere uitbouw van de parochie in een volgend artikel.
Marinus van den Elsen heeft voor het decembernummer 2020 van het maandblad Ons Mierlo-Hout een uitgebreid artikel geschreven over de bouw van de parochiekerk van Mierlo-Hout. Je kunt dat hier inzien.
naar de editie van De Zuid-Willemsvaart